GWW-Totaal 3 - 2020
21 NUMMER 3 / MEI 2020 KLIMAATADAPTATIE BOUWEN MET WAARDE Koele kijk op inrichting buitenruimte Onderzoeks- consortium De Hogeschool van Amsterdam, Hanzehogeschool Groningen, Wa- geningen Environmental Research (WENR) en Tauw vormen het consor- tiumDe Hittebestendige Stad. Dit doen ze samen met tien gemeenten, twee gemeentelijke samenwerkings- verbanden (RIVUS en BUCH) en Bui- tenruimte.info. De publicatie is een vervolg op de publicatie Het klimaat past ook in uw straatje: De waarde van klimaatbestendig inrichten een voorbeeldenboek. Een link naar het voor lezers van GWWTotaal gratis te downloaden Adviesrapport: Hittebestendige stad: www.buitenruimte.info/publi- caties/adviesrapport-hittebestendi- ge-stad/ De auteurs van dit artikel zijn allen onderzoekers bij Hogeschool van Amsterdam: dr. ir. Cor Jacobs, dr. ir. Laura Kleerekoper, ir. Lisette Klok, dr. ir. Jeroen Kluck, ir. Ronald Loeve, dr. dr. ir. Anna Solcerová en dr. Lies- bethWilschut. Een koele kijk op de inrichting van de buitenruimte dr. ir. JeroenKluck dr. ir.LisetteKlok dr. ir.AnnaSolcerová dr. ir.LauraKleerekoper dr.LiesbethWilschut dr. ir.Cor Jacobs ir.RonaldLoeve Mei 2020 De hittebestendige stad Het wordt heter, het klimaat verandert. “Dat maakt het leven in de stad steeds vaker onaangenaam en legt steeds vaker het leven in de stad lam”, zegt Jeroen Kluck, lector Water in en om de Stad aan de Hogeschool van Amsterdam (HvA). Daarom staan de gemeenten voor de uitdaging om er vanaf 2020 voor te zorgen dat een (her)inrichting van een straat of wijk hittebestendig is. De HvA schreef samen met partners een adviesrapport. Kluck neemt je mee door de publicatie van het onderzoeksproject De Hittebestendige Stad: Een koele kijk op de inrichting van de buitenruimte. TEKST: DR. IR. JEROEN KLUCK E.A. “Gemeenten staan voor de uitdaging hittebestendig te worden, maar weten vaak niet hoe dit eruit ziet en wat goed werkt”, begint Kluck. “Tegen hitteproblemen in de stad zijn maatregelen aan gebouwen en in de buitenruimte nodig. Wij richten ons op de buitenruimte. Op straat wil je het ook aangenaam en leefbaar houden. Je wilt tenslotte buiten kunnen genieten van mooi weer, ook wanneer het 30 graden is. Ons tweejarig onderzoek en het adviesrapport gaan er daarom over hoe je zowel de lucht- als gevoelstemperatuur in de stad zo laag mo- gelijk houdt tijdens hete dagen. Wij bieden specifieke en meetbare ontwerprichtlijnen die gemeenten kunnen hanteren bij het (her) inrichten van hun openbare ruimten om dat te realiseren.” HITTEOPGAVE “De eerste stap is inzicht krijgen in de hitteopgave per gebied in de stad. Daar- voor zijn er hittekaarten en hebben wij een interactieve mindmap ontwikkeld”, vertelt Kluck over de werkwijzen. “Daarmee geven we gemeenten een overzicht voor welke hitte-uitdagingen ze staan, over de gevolgen van extreme hitte in het gebouwde gebied en welke problemen er door een hittebesten- dige buitenruimte zijn te voorkomen. Deze kennis was er nog niet. Vervolgens gaan we over op hittemaatregelen, die we verwerkt hebben in onze EfFact checker.” In de checker wordt advies gegeven over welke maatregelen werken en hoeveel verkoeling ze bieden. “Dit inzicht over de effectiviteit van diverse hittemaatregelen wordt als erg nuttig ervaren door gemeenten en ontwerpers”, vertelt Kluck enthousi- ast. “Tenslotte hebben we drie specifieke ontwerprichtlijnen gevormd, die voor iedere gemeente duidelijk, bruikbaar en meetbaar zijn.” ONTWERPRICHTLIJNEN Eén van de adviezen gaat over de afstand tot koelte: binnen 300 meter van iedere woning moet zich een aantrekkelijke koele verblijfsplek bevinden, zoals een parkje met bomen. Daarnaast wordt schaduw geadviseerd op belangrijke looproutes en in buurten: op het heetst van de dag moet er op belangrijke looproutes 40% voldoende schaduw zijn, zodat essentiële functies in de stad voor iedereen bereikbaar blijven. “Door schaduw daalt de gevoelstemperatuur al snel met 10 tot 15 graden.” Voor het verlagen van de luchttemperatuur moet er gewerkt worden aan het groener maken van buitenruimten: “Er moet zoveel groen zijn dat er verdamping kan optreden en de gemiddelde luchttemperatuur wordt beperkt”, aldus Kluck. “Voor het percentage hebben we verschillende streefpercentages groen per wijktype uitgedacht.” Benieuwd naar berekeningen en meerdere hittemaat- regelen? Lees de publicatie over adviezen en richtlijnen per wijktype (zie link in kadertekst ‘Onderzoeksconsortium’). AAN DE SLAG De ontwerprichtlijnen geven ruimte aan de ontwerper om per situatie eigen keuzes te maken, maar ze zijn voldoende concreet om te kunnen zien of er aan voldaan wordt. Een afstand tot een koele plek en %-groen en %-schaduw zijn straks eenvoudig te bereke- nen. Daarvoor zijn in het rapport voorstellen gedaan, maar nog niet alles is dichtgetim- merd. Er is dus nog enige afstemming over de definities nodig. Bij de keuzes kan men kiezen in de ene straat meer te doen dan in een an- dere. De foto’s laten duidelijk zien dat straten zeer verschillend kunnen worden ingericht. DE HITTEOPGAVE VOORBIJ Met de voorgestelde en toetsbare richtlijnen uit het adviesrapport wordt de hitteopgave tot eenvoudige hanteerbare regels terugge- bracht, voor alle steden in Nederland. “Maar het gaat de hitteopgave ook voorbij”, sluit Kluck af. “Naast dat de toepassing van de richtlijnen het mogelijk maakt om hitte als een extra ontwerpeis bij een (her)inrichtings- project te hanteren, wordt de stad ook echt fijner, mooier en aantrekkelijker wanneer je bijvoorbeeld meer groen meeneemt in de ontwerpplannen!” Met een groene loper is de uitgangssituatie groen en alleen bestraten waar nodig. Dit kan alleen wanneer er een andere toekomst voor mobiliteit wordt gekozen. Vergroening naoorlogse woonwijk.
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=