23 NUMMER 3 / MEI 2023 MATERIEEL Stage V dieselmotoren: feiten en fabels Voor veel kleine machines is al een emissievrije - vaak elektrische - variant beschikbaar. Bij de grotere machines is dat nog lang niet altijd het geval. Om toch de uitstoot van schadelijke stoffen fors te verlagen is er een duurzame tussenstap beschikbaar: Stage V dieselalternatieven. Een belangrijke vraag vandaag de dag is, of het nog zin heeft om te gaan werken met een machine met zo’n dieselmotor? Om die vraag te beantwoorden heeft Boels Rental zes feiten en fabels op een rijtje gezet. TEKST EN BEELD: BOELS RENTAL STAGE V MOTOREN WORDEN VERPLICHT Feit: Fabrikanten van motoren in de NRMM-sector (non-road mobile machinery) zijn sinds 1 januari 2020 verplicht om schonere dieselmotoren in hun machines te bouwen, omdat die fors minder schadelijke stoffen uitstoten. Stage V is daarbij de hoogste, en daarmee meest schone, klasse. De eis geldt voor machines die in de Europese Gemeenschap worden verkocht. DUURDER IN AANSCHAF EN GEBRUIK Feit: Vanwege de complexe uitlaattechniek zijn machines met Stage V dieselmotoren over het algemeen iets duurder in aanschaf dan hun voorgangers. De eerste versies gebruikten meer brandstof. De nieuwste generatie is zodanig getuned dat het verbruik verder omlaaggaat. Daarnaast is het onderhoud duurder. Zo moet bijvoorbeeld bij praktisch alle Stage V motoren AdBlue worden toegevoegd. Dit mengsel van gedemineraliseerd water en ureum wordt in de uitlaatgassen geïnjecteerd, waardoor het grootste deel van de schadelijke NOx (stikstofoxiden) wordt omgezet in stikstof en waterdamp. Gebeurt dit niet, dan valt het aggregaat stil. OPDRACHTGEVERS KUNNEN STAGE V VERPLICHTEN Feit: Opdrachtgevers – met name gemeenten en rijksdiensten – eisen in toenemende mate bij aanbestedingen dat bedrijven met minder of helemaal geen schadelijke uitstoot werken. Machines (ook generatoren en compressors) met Stage V dieselmotoren worden nog altijd veelvuldig gebruikt, maar zullen op langere termijn door nog schonere varianten worden vervangen. De volledig emissieloze bouwplaats moet volgens de routekaart uiterlijk in 2033 gerealiseerd zijn. DIESELMOTOREN ZIJN NOG STEEDS VERVUILEND Fabel: De uitstoot bij Stage V dieselmotoren is minimaal, maar nog altijd niet nul. In 1999, toen Stage I van kracht werd, was de norm voor fijnstof 0,54 g/kWh. Bij Stage V is dat nu nog maar 0,015 g/kWh, een afname van maar liefst 97 procent. Dat wordt mede bereikt dankzij een roetfilter dat zeer fijne deeltjes tegenhoudt. De uitstoot van NOx is met een forse 96 procent gedaald: van 9,2 g/kWh naar 0,4 g/kWh. Hierdoor draait een actuele off-roadmachine bijna net zo schoon als een moderne truck met Euro 6 dieselmotor. ELEKTRISCH IS BETER DAN STAGE V Fabel: Elektrische motoren hebben ter plekke geen uitstoot en zijn, mits ze met groene stroom gevoed worden, milieuvriendelijker dan Stage V dieselmotoren. Elektrisch aangedreven machines voldoen direct aan de eisen van de emissieloze bouwplaats. Maar aangezien nog niet van elke machine een elektrische variant bestaat, is met name in de zwaardere categorieën een Stage V diesel nog altijd de schoonste oplossing, zeker wanneer gebruik wordt gemaakt van biodiesel zoals HVO100. STAGE V IS DUURDER DAN ELEKTRISCH Fabel: Elektrische machines zijn nog altijd fors duurder in aanschaf dan vergelijkbare machines met Stage V dieselmotor. Qua gebruikskosten inclusief onderhoud scoren elektrische machines op de langere termijn beter, al is de laadinfrastructuur nog wel een punt van zorg. Op dat vlak zijn Stage V dieselmotoren vooralsnog aantrekkelijker. Ze zijn gemakkelijker en sneller bij te vullen, zodat langer aan één stuk kan worden doorgewerkt.
RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=