GWW-Totaal 3 - 2024

PLATFORM VOOR GROND-, WEG- EN WATERBOUW 28 WETENSCHAPPELIJK BASIS OOSTENRIJKSE METHODE VOOR BEROEPSORIËNTATIE Efficiënter, goedkoper en minder uitvallers Foto: Foto Fischer. Talentcheck is een in Oostenrijk ontwikkelde effectieve methode die jongeren helpt bij hun beroepskeuze. Sinds verleden jaar zijn er ook in Vlaanderen, Italië en Denemarken zogeheten Talentcentra van start gegaan. MKB INFRA is onder de indruk van de aanpak en ziet deze ook graag in Nederland. TEKST: ARIE GREVERS BEELD: TALENTCENTER GRAZ, OOSTENRIJK, TENZIJ ANDERS VERMELD Steiermark (Stiermarken) is een Oostenrijkse deelstaat gelegen in het zuidoosten tegen grens met Slovenië. De hoofdstad is Graz. Zo’n acht jaar geleden maakte de Wirtschaftskammer Oostenrijk (WKO) van deze deelstaat zich op grond van demografische ontwikkelingen – een vergrijzende, krimpende bevolking – zorgen over de aanwas van jongeren op de arbeidsmarkt. Belandde het aanwezige talent wel op de plek waar het ’t beste tot zijn recht kwam? En verliep het proces van beroepenkeuze altijd wel optimaal? Deze vragen leiden tot de oprichting van het Talentcenter in Graz, waar leerlingen van 13 tot 15 jaar zich kunnen laten testen om erachter te komen wat ze willen en waar ze eigenlijk goed in zijn. OOK IN NEDERLAND Het zijn vragen die je ook kunt stellen voor de Nederlandse situatie. Ook hier worden ondernemers in midden- en kleinbedrijf dagelijks geconfronteerd met personeelskrapte. Met name in de zorg, het onderwijs en de technische beroepen is het tekort aan vakbekwame medewerkers schrijnend voelbaar. En net als in Oostenrijk zijn er jaarlijks vele jongeren – in Nederland naar schatting ongeveer 40.000 – die van opleiding wisselen doordat ze aanvankelijk een verkeerde keuze gemaakt hebben. “En dat heeft, los van de kosten die daarmee gemoeid zijn, ook dramatische gevolgen voor de samenleving en de jongeren zelf”, zegt Konstantin Umdasch. Hij is als psycholoog verbonden aan het Talentcenter Steiermark. “Als er in beroepen die essentieel zijn voor het functioneren van onze samenleving zulke enorme tekorten ontstaan, zal dat uiteindelijk een ontwrichtend effect hebben. Met het Talentcenter leveren we een bijdrage om dat te voorkomen. En de jongeren die waarschijnlijk meerdere keren van studie wisselen, voordat ze op het beroepspad zitten dat bij hen past, verliezen kostbare jaren. En al dat gewissel van opleidingen leidt net zo vaak tot demotivatie en zogenaamde schoolmoeheid, waardoor het risico op uitval toeneemt.” WETENSCHAPPELIJKE BASIS Maar hoe ziet het programma van het Talentcenter er eigenlijk uit? In nauwe samenwerking met de Universiteit van Graz, die garant staat voor een wetenschappelijke basis van de methode, werd een programma samengesteld met 48 toestellen, waarmee de leerlingen op talenten en vaardigheden getest worden. Denk aan de motorische kwaliteiten als oog-, hand- en voetcoördinatie, cognitieve vaardigheden als logisch denken en spreekvaardigheid en ten slotte meer algemene, beroepsrelevante vaardigheden als concentratievermogen en organisatietalent. Het Talentcenter doet er alles aan om de leerlingen zich op hun gemak te laten voelen, zodat ze zich maximaal kunnen concentreren op de testen. Zo is er een kantine en een relaxzone waar de jongeren zich kunnen ontspannen. Umdasch: “We ontvangen elk jaar ongeveer 7.500 leerlingen. Dat komt overeen met 75 procent van de leerlingen in de leeftijd van 13 tot 15 jaar in Steiermark. Als de jongere het testparcours heeft doorlopen, gaan wij de resultaten analyseren. Elke leerling krijgt aansluitend een rapportage op maat van gemiddeld zeventien pagina’s die hij of zij via de website met een persoonlijk wachtwoord kan raadplegen. Kortom, een gedegen rapportage op wetenschappelijke grondslag.” LEERLING BETAALT 15 EURO Een gedegen rapportage op wetenschappelijke grondslag… Dat is wel even wat anders dan een adviesje op basis van ingevulde formulieren. Oostenrijkse scholen erkennen inmiddels de meerwaarde van de manier waarop Talentcenter vorm geeft aan beroepsoriëntatie. En om de kosten hoef je het niet te laten. Deze bedragen maar 15 euro per leerling. De feitelijke kosten liggen een stuk hoger. Het verschil komt uit de kas van de Wirtschaftskammer (WKO), een organisatie die het midden houdt tussen MKB Nederland en de Kamer van Koophandel. Alle Oostenrijkse ondernemers zijn verplicht aangesloten bij de WKO en betalen een contributiebijdrage. De ondernemers, met name uit het midden- en kleinbedrijf, profiteren van de effectieve beroepsoriëntatie. Deze brengt ook beroepen die wat minder bekend of zichtbaar zijn, onder de aandacht van de leerlingen. Umdasch: “Ja, dat is één van onze sterke punten. We verbinden de talenten en voorkeuren

RkJQdWJsaXNoZXIy NTI5MDA=